Het bruggetje tussen de Paradijslaan en Elzentlaan
Aanverwante artikelen
De Paradijslaan en de Elzentlaan liggen in het verlengde van elkaar, maar hebben een verschillend karakter. De Elzentlaan met zijn vele villa’s dateert uit begin jaren ’20 van de vorige eeuw, de Paradijslaan met zijn gevarieerde bebouwing is van oorsprong veel ouder. Een bruggetje tussen de twee straten is er zowel letterlijk als figuurlijk. Het letterlijke bruggetje spreekt voor zich, het figuurlijke is Architectenbureau De Bever. De grondlegger van dit bureau, Louis Kooken, en zijn opvolgers ontwierpen voor beide lanen een aantal woningen. Het bureau zelf is sinds 1935 gevestigd aan de Paradijslaan, tegenover het landgoed waaraan de laan haar naam te danken heeft.
De Paradijslaan en de Elzentlaan liggen in het verlengde van elkaar, maar hebben een verschillend karakter. De Elzentlaan met zijn vele villa’s dateert uit begin jaren ’20 van de vorige eeuw, de Paradijslaan met zijn gevarieerde bebouwing is van oorsprong veel ouder. Een bruggetje tussen de twee straten is er zowel letterlijk als figuurlijk. Het letterlijke bruggetje spreekt voor zich, het figuurlijke is Architectenbureau De Bever. De grondlegger van dit bureau, Louis Kooken, en zijn opvolgers ontwierpen voor beide lanen een aantal woningen. Het bureau zelf is sinds 1935 gevestigd aan de Paradijslaan, tegenover het landgoed waaraan de laan haar naam te danken heeft.
Het Paradijs
Het landgoed waarover we spreken heette Het Paradijs. Het bestreek het gebied gelegen tussen de Dommel, de Paradijslaan en de Wal. Op het landgoed, dat waarschijnlijk dateert uit de 16e eeuw, stonden een landhuis, een koetshuis en stallen, omringd door tuin en grasland. Op deze plek vinden we nu het appartementencomplex Groot Paradijs. Niets doet meer vermoeden dat hier vroeger bedrijfsmatige activiteiten plaatsvonden.
Landgoed Het Paradijs was vanaf 1786 in gebruik als manufactuur voor textiele stoffen, opgericht door Johannes Theodorus Smits en zijn zwager Antonie Janssen. Op Het Paradijs werden garens geverfd die vervolgens door thuiswevers werden bewerkt. Al in 1808 ontbinden Smits en Janssen de firma. Het Paradijs komt in handen van Smits, die het bedrijf voortzet met zijn drie zonen. In 1812 koopt Smits het terrein bij de Stratumse Watermolen, waar hij een lakenfabriek en wolspinnerij bouwt. Dit complex heet in de volksmond Den Bouw. Ook Het Paradijs wordt dan gemechaniseerd. In 1827 overlijdt Smits en tot 1845 hebben zijn drie zonen de leiding. In dat jaar overlijdt echter Josephus en twee jaar later zijn broer Johannes Jacobus. Franciscus blijft als enige broer over, vandaar dat de firma wordt ontbonden. De splitsing van eigendommen zorgt ervoor dat Het Paradijs in handen van Franciscus blijft en Den Bouw naar de nazaten van zijn broer Johannes Jacobus gaat. Op Het Paradijs worden de fabrieksactiviteiten wederom hervat, ditmaal door vier oud-werknemers onder de naam A. van Agt en Co.; Franciscus blijft vennoot. Later komt A. van Moorsel in de zaak en zal de fabriek de naam Van Moorsel gaan dragen. In 1851 herstarten de activiteiten op Den Bouw, maar door de brand van 1896 worden deze noodgedwongen gestopt. Tussen Het Paradijs en Den Bouw kwam in 1928 melkinrichting Sint Joseph. Deze coöperatie werd op 1 mei 1917 opgericht. In eerste instantie gevestigd aan de Dommelstraat maar in 1928 verhuisd naar de Paradijslaan. Met het ontstaan van de nieuwe fabriek van de coöperatieve zuivelvereniging De Kempen werd in 1961 de melkinrichting afgebroken. Vier jaar later wordt ook de textielfabriek Van Moorsel afgebroken. Het gebied blijft lange tijd onbebouwd en wordt gebruikt als evenemententerrein, totdat in de jaren ‘90 het appartementencomplex aan de Paradijslaan verrijst. De straat het Groot Paradijs krijgt dan ook zijn definitieve naam. Voor het appartementencomplex moeten wel een aantal woningen sneuvelen. Onder andere de directeurswoning van melkinrichting Sint Joseph alsook de woning gelegen naast het huidige nummer 159. Nummer 159 zelf, het laatste huis aan de linkerkant voor het bruggetje over de Dommel, is bewaard gebleven. Weebers Notaris en Vastgoed Advocaten houdt er nu kantoor.
Links: huis Het Paradijs aan de Dommel met rechts daarvan de coöperatieve melkinrichting Sint Joseph. De foto is van 1930. De melkinrichting staat er dan twee jaar. Rechts: zicht op de Paradijslaan vanuit de Elzentlaan. Rechts Het Paradijs, links de voormalige woning van Louis Kooken.
De Bever Architecten
Zowel het pand van Weebers Notaris en Vastgoed Advocaten als het buurpand werden gebouwd door architect Kees de Bever. De Bever volgde Louis Kooken op en werd gevolgd door nog twee generaties: zijn zonen Leo en Loed de Bever en hun respectievelijke zonen Stefan en Prosper de Bever. De grondlegger van dit familiebedrijf is Louis Kooken (1867-1940). In 1898 richt hij Architectenbureau Kooken op. Behalve architect was hij ook gemeenteraadslid en gemeentearchitect voor Eindhoven. Samen met architect Joseph Cuypers was hij verantwoordelijk voor het Algemene Uitbreidingsplan van Groot Eindhoven. Kooken begon zijn bureau in de Tramstraat. Hij kreeg samen met zijn vrouw Alida drie dochters en een zoon. Zijn enige zoon was pianoleraar en volgde zijn vader niet op als architect. De opvolging kwam uit een andere hoek. Een van zijn dochters, Dina Kooken, leerde Kees de Bever kennen, die sinds 1921 als tekenaar voor Louis Kooken werkte. Kees en Dina trouwen in 1929, gaan ook in de Tramstraat wonen en krijgen daar vier kinderen. In 1933 neemt Kees de leiding van het bureau over van zijn schoonvader. Kooken had een kleine 30 jaar eerder al een stuk grond gekocht “buiten de stad” dat diende als moestuin. Dit stuk grond lag aan de Paradijslaan vlakbij de Dommel. Op die grond bouwde hij begin jaren ’20 een woonhuis voor zichzelf. Eind jaren ’20 komen er drie woonhuizen aan de ene zijde van zijn huis en in 1935 volgt een kantoor annex woonhuis aan de andere zijde. Familie de Bever verhuist dan ook van de Tramstraat naar de Paradijslaan.
Het kantoor van Architectenbureau De Bever aan de Paradijslaan (foto gemeente Eindhoven technische dienst)
Tijdens zijn werkzame leven ontwikkelt Kees de Bever een eigen stijl die getypeerd kan worden als sobere baksteenarchitectuur met af en toe een rijk detail. Hij overlijdt in 1965 en zijn zonen Leo en Loed nemen de leiding over. Zij brengen internationale ervaring in het bureau. Tot de eeuwwisseling werken ze veelal aan grootschalige projecten en dragen dan het stokje over aan de volgende generatie. Stefan de Bever leidt nu het bureau van circa 20 medewerkers. Vier generaties uit deze architectenfamilie hebben hun sporen in de stad Eindhoven, maar ook daarbuiten achtergelaten. Graag noemen wij enkele tot de verbeelding sprekende projecten. Kooken: de vroegere Watertoren aan de Aalsterweg, Lakerlopen en Philipsdorp; Kees de Bever: Drukkerij Hermes aan de Keizersgracht, het PNEM kantoor in Den Bosch en de Don Boscokerk aan het Mimosaplein; Leo en Loed de Bever: het hoofdkantoor van de Rabobank aan de Fellenoord, het Catharina ziekenhuis, Fontys Hogeschool Eindhoven en natuurlijk het Evoluon.
Van links naar rechts: voor de bouw van het appartementencomplex Groot Paradijs moesten een aantal woningen wijken, zoals de voormalige directeurswoning van de melkinrichting Sint Joseph alsook de woning ernaast. De woning het dichtst bij het bruggetje is nu het kantoor van Weebers Notaris en Vastgoed Advocaten
Paradijslaan
Behalve de bovengenoemde panden ontwerpt Kooken nog een aantal panden in de Paradijslaan. Bijvoorbeeld het uit 1907 daterende Waaggebouw op nummer 13. De huidige bewoners zorgen voor de kleinsten onder ons: het functioneert nu als kinderopvang en buitenschoolse opvang. De hoofdvestiging van deze kinderopvang Humanitas zit aan de overkant op nummer 14 en 16. Ook deze panden zijn van de hand van Kooken. Op nummer 8 zat vroeger de garage van de gemeentereiniging. Deze werd in 1924 gebouwd voor de nieuwe vuilniswagens die de gemeente had aangeschaft bij het ontstaan van Groot Eindhoven om de gemeentelijke reiniging op een hoger plan te tillen. Naast de garage van de gemeentereiniging lagen de voormalige stallen van de Koninklijke Marechaussee, waarin de brandweer was gevestigd. We gaan terug richting de Dommel en zien vanaf nummer 20 tot en met 42 modern ogende kantoorgebouwen die in de jaren ’90 zijn verrezen. In de kantoorgebouwen zitten onder meer VMBS Advocaten, The Academy, Stichting Trudo, Valid, Lee Hecht Harrison Global Careerservices en Du Fossé Sanders Vullings. Het kantoor op nummer 44 werd in 1970 gebouwd en is ontworpen door Leo de Bever. In plaats van de moderne kantoren stonden voorheen woningen. Een van deze woningen kwam begin jaren ’20 in bezit van de echtgenote van Anton Philips, mevrouw Anna Philips-de Jong. Ze gebruikte de woning om er de De Vereniging Wijkverpleging voor Eindhoven en aangrenzende Gemeenten in onder te brengen. De vereniging werd in 1912 op haar voorstel door het Groene Kruis opgericht. In het pand heeft later het jeugdhotel gezeten, maar brandde in 1987 uit.
Links: het Waaggebouw aan de Paradijslaan. Dit gebouw werd ontworpen door Louis Kooken in 1907. Rechts: de garage van de gemeentereiniging aan de Paradijslaan in 1962. Voor de garage staan een oude en nieuwe rioolzuigwagen uitgestald.
Elzentlaan
We keren terug naar het bruggetje over de Dommel en gaan de Elzentlaan in. Dit verbindende bruggetje was vroeger van hout, maar is inmiddels vervangen door een steviger constructie. Sinds haar oorsprong staan in de Elzentlaan villa’s. Ook Kooken en De Bever werkten mee aan haar ontwikkeling. Meteen rechts staat een hoekpand waarvan Kees de Bever de architect was. Op de volgende hoek aan de rechterkant treffen we het markante gebouw Hoog Elzent aan. Nu zijn het appartementen, maar eens waren hier het Sint-Joriscollege en het Sint-Catharinalyceum, respectievelijk jongens- en meisjesschool, gevestigd. In 1923-1924 werd deze school gebouwd onder leiding van architect Taen en later architect Eduard Cuypers. In 1924 verhuisden beide scholen van de noodlokatie aan de St. Catharinastraat naar de nieuwe school. In 1953 verhuisde de meisjesschool naar een nieuw schoolgebouw aan de Jacob van Maerlantlaan. Het Sint-Joriscollege fuseerde met Eikenburg en vertrok uiteindelijk naar de Roostenlaan in 1975. Het gebouw bood vervolgens onderdak aan de Akademie voor Industriële Vormgeving Eindhoven (nu Design Academy) totdat deze naar de Witte Dame vertrok.
Vooraanzicht van het St. Joriscollege en het St. Catharinalyceum, respectievelijk een jongens- en meisjesschool. Het hoofdgebouw heeft zowel links als rechts een vleugel. De meisjes zaten aan de kant van de Jacob Catslaan / Jan Smitzlaan, de jongens aan de kant van de Elzentlaan / Tollenslaan. Een muur scheidde het jongens- en meisjesgedeelte.
Tegenover de voormalige school staan drie geschakelde villa’s – nummer 7, 9 en 11 - die in opdracht van Philips in 1920 werden ontworpen door Kooken. Een aantal villa’s in de Elzentlaan zijn nu in gebruik door huisartsen, tandartsen of zakelijke dienstverleners die hun praktijk aan huis hebben of van de villa een kantoorvilla hebben gemaakt. Een voorbeeld daarvan is Makelaar en Assurantiën Pennings op nummer 45. Daar tegenover staat de Schouwburg. Het door Geenen en Oskam ontworpen gebouw werd in 1964 geopend. Van 2005-2007 werd de schouwburg gerenoveerd en uitgebreid en draagt nu de naam Parktheater.
Een schets van drie woningen aan de Elzentlaan, ontworpen in 1920 door Kooken in opdracht van Philips. Dezelfde woningen in aanbouw.
In de Paradijslaan en Elzentlaan staan voorbeelden van panden die op de tekentafel van Kooken/De Bever zijn ontstaan. Het bureau bestaat dit jaar 110 jaar. De vierde generatie in de persoon van Stefan de Bever koestert de historie van zijn voorouders. Sinds acht jaar zet hij het familiebedrijf voort. Eindhoven zal ongetwijfeld verrijkt worden met nieuwe ontwerpen van zijn hand.