Met de bus en de auto
Aanverwante artikelen
Na 1930 werd de concurrentie met het gewone spoor en vooral het wegvervoer te groot voor de stoomtram. Tussen 1934 en 1938 verdwenen nagenoeg alle tramlijnen van de Brabantse wegen ten gunste van het vervoer per vrachtwagen en autobus. Ook de particuliere personenauto begon, eerst langzaam maar daarna steeds sneller, zijn opmars te maken. Daardoor werd een drastische verbetering van het wegenstelsel noodzakelijk. De opkomst van de fiets leidde daarnaast tot een stelsel van fietspaden, voor het merendeel parallel aan de rijkswegen. Ook waren steeds meer andere infrastructurele werken, zoals bruggen en spoorwegovergangen, nodig. Snelheid was nu belangrijk en dat betekende dat de wegen aan andere eisen moesten voldoen, met als gevolg verbreding en versterking van bestaande en aanleg van nieuwe wegen. Het resultaat was dat in 1940 Brabant was voorzien van een net van rijks-, provinciale en tertiaire wegen was voorzien, waardoor ook de kleinste dorpen bereikbaar waren via verharde wegen.
De Eindhovenaar Ludovicus J.C. Teurlinckx bij zijn auto. Hij behaalde in 1910 zijn rijbewijs. De foto is gemaakt is 1928.
Bronvermelding: RHCe, THA, objectkenmerk 0000951.