Het Eindhovensch Kanaal - poel des verderfs
Aanverwante artikelen
Het in 1846 geopende Eindhovensch Kanaal bracht Eindhoven en de Eindhovenaren veel goeds, namelijk voedsel, steenkool, grondstoffen voor de opkomende industrie en werkgelegenheid. Het Kanaal heeft ook een ander, minder plezierig aspect.
In 1893 woedt in Nederland een choleraepidemie. De dagbladen berichten per plaats over het aantal doden en zieken. Zo meldt de Peel- en Kempenbode op 9 september dat een schipper is overleden na het nuttigen van ongekookt water uit het Eindhovensch Kanaal. Enkele weken later volgt opnieuw een waarschuwing voor het gevaarlijke water, zelfs voor louter uitwendig gebruik. “Het ongekookt gebruik maken daarvan is zich vrijwillig blootstellen aan het gevaar door de gevreesde ziekte te worden aangetast.” Helaas eist het Kanaal vaker menselijke slachtoffers. Vaak is dat door verkeersongelukken. In 1951 rijdt een vrachtwagen bij de Poeierse brug het Kanaal in, de twee inzittenden komen om het leven. Datzelfde jaar raakt een paard van de Coöperatieve bakkerij Helpt Elkander te water. Het onfortuinlijke paard kon het voorval gelukkig nahinniken.
Volgens diverse berichten blijkt het Kanaal ook een bergplaats te zijn. Voor allerhande gevaarlijk wapentuig uit de Tweede Wereldoorlog bijvoorbeeld en dat tijdens baggerwerkzaamheden mee naar boven kwam. Daarom werd in mei 1949 het Kanaal drooggelegd en werden alle niet ontplofte bommen en granaten verwijderd. Behalve voor munitie is het Kanaal ook een dankbare dumpplaats voor gestolen en of wrakke auto’s en fietsen, zelfs voor een vijfhonderd kilo zware brandkast die in 1981 was buitgemaakt bij een inbraak in het GAK-kantoor, destijds gevestigd aan de Stratumsedijk. Alvorens de kluis in het Kanaal te kieperen hadden de rovers voor zevenduizend gulden aan contanten en verschillende documenten buitgemaakt.
Wie weet welke duistere geheimen het koude water van het Eindhovensch Kanaal nu nog herbergt ….
