Dat alles van Philips was, merkte je niet
Aanverwante artikelen
Mevrouw Dekkers-Scheepmaker woont allang niet meer in Philipsdorp. Ze werd op de Hulstlaan 35 geboren en komt uit een gezin van drie kinderen; allemaal meisjes. Haar moeder en vader woonde aanvankelijk op de Hubertusstraat en verhuisde vervolgens naar de Hulstlaan en daarna naar de Iepenlaan 23.De vader werkte in de glasfabriek bij Philips en deed iets met ‘ovens’. “Ik heb een fantastische jeugd gehad. Wel was ik een nakomertje. Mijn zusjes waren tien en dertien toen ik geboren werd. Omdat mijn vader niet zoveel verdiende , moesten mijn ouders vaak de eindjes aan elkaar knopen. Toch merkte je daar als kind weinig van. “
Ondanks dat ze er zelf bijna niets meer van kan herinneren, werd er elk jaar door Philips een tuinenwedstrijd in het Philipsdorp, Strijp en het Drents Dorp gehouden. Dit gebeurde al in de jaren ’30. Daarbij werd gelet op ontwerp, de keuze van de plantjes, de groepering en de verzorging. Voor ieder onderdeel kon 5 punten worden behaald. In totaal werden de tuinen twee keer beoordeeld. Een tuinkabouter speelde, volgens het reglement niet mee in de beoordeling. De winnaar kreeg in 1945 10 gulden. In een brief werd er bij vermeld dat de winnaar iets voor het geld moest kopen dat hij goed kon gebruiken. Het was niet de bedoeling de tien gulden in een huishoudpotje te stoppen. “Dat alles van Philips was, merkte je niet. Wel zat ik bij PSV gymnastiek. Heel de straat ging daar naar toe. De club telde 1100 leden. We waren niet de beste, maar wel de grootste club. Onze lerares Anna de Haan van de Hulstlaan 39 gaf les op muziek. Dat alleen al was heel bijzonder. Ze was een begrip in die tijd. Volgens mevrouw Scheepmakers heeft er veel aan Philips gelegen dat de Iepenlaan grote namen op sportief gebied telden. Zo was er topturner Willy Savenije en voetballer Jan van den Broek. Ik ben nog steeds bevriend met zijn dochter. Alle kinderen hadden groot ontzag voor Eef Kamerbeek. Regelmatig speelden wij slagbal. Als hij meedeed sloeg hij door heel de Iepenlaan heen. Ook kende iedereen Cor Sprengers. In de Hulstlaan woonde vroeger ook Lieuwe Steiger. Hij was in de jaren ’50 de keeper van PSV. Allemaal heel sportieve mensen waar je als kind tegenop keek.”
Een begrip in de wijk was ook Herman Bos de schoenmaker . Hij woonde op de Iepenlaan en was een echte kindervriend en vertelde altijd verhaaltjes over onder meer ‘Wie heeft het gouden armpje gestolen. Als meisje van 10 bracht ik schoenen voor hem weg en kreeg daar 5 cent voor. De grote jongens uit de Glaslaan kwamen ’s avonds bij hem buurten. Het was zeker één van de vele markanten figuren uit onze buurt.” Op zondag droeg ze als kind zondagse kleren. “Ik ging als één van de weinige kinderen uit de buurt naar de Zondagsschool (protestants) op de Schootsestraat. Kinderen zeiden wel eens tegen mij: ‘protestantse bokken, mogen niet jokken”. Een echt uitstapje als kind waren de donderdagavonden bij het Prijtenkerkje op de Iepenlaan. Daar werd de lichtkerk gehouden. Voor 5 cent mocht je naar binnen. De meisjes zaten links, de jongens rechts. Je kreeg eerst een Bijbelverhaal te horen, daarna een echt verhaal. Op de terugweg trokken we overal belletje. Voor ons kinderen was dit echt een uitje.”
Mevrouw Scheepmaker werkte 15 jaar als serveerster voor de Raad van Bestuur bij Philips. “Eigenlijk was iemand anders uitverkoren, maar die vond het baantje saai. Ik kende de leidster van het team en die heeft mij vervolgens aanbevolen. Ik heb dit werk met ontzettend veel plezier gedaan. Ik heb het komen en gaan van vier presidenten meegemaakt waaronder: Van Riemsdijk, Rodenburg. Dekker en Van der Klugt. Dat ik met mijn 51ste stopte als serveerster had te maken met de reorganisatie van de bedrijfsrestauratie van Philips. Het bedrijf werd overgenomen door ECS. Ik kreeg een VROM- regeling aangeboden, maar vond dat erg jammer . Tussendoor ben ik tijdje met werken gestopt om kinderen te krijgen. Helaas heb ik die nooit gehad, wat ik als groot gemis heb ervaren. Ik heb het ontzettend getroffen met mijn baas. Mijn vader bijvoorbeeld veel minder. Zijn baas maakte het hem regelmatig knap lastig.“Geluk en tegenslagen horen bij het leven of je het nu leuk vind of niet.”